Skip to main content
Nieuws

Vissen naar fouten: niet alles gaat in één keer goed

By 12 december 2019No Comments

Van fouten maken leer je. Dat geldt ook voor het project Vissen voor Verbinding. Een dagje elektrovissen laat zien dat we nog veel kunnen verbeteren.

Een mooie start van het Vissen voor Verbinding project maakten we afgelopen voorjaar in Lieveren. In het Drentse Groote Diep werden 10.000 kleine zeeforellen uitgezet. Om de visstand in de Waddenzee te verbeteren moeten we in Drenthe zijn, zo leerden we de afgelopen jaren. Dus daar gingen de duizenden visjes op 14 april, de wijde wereld in. ‘Het eerste jaar zullen de uitgezette forellen in Drenthe blijven rondzwemmen’, vertelt Jan Kamman ecoloog en hoofd onderzoeker bij Sportvisserij Nederland. Pas na een jaar goed groeien trekt de vis het Lauwersmeer en de Waddenzee op.

Meten is weten

Als je maatregelen treft om de visstand te herstellen, is het natuurlijk belangrijk om te kijken wat het effect is. Op 31 oktober keren we daarom terug naar Lieveren. Hoe zou het gaan met de visjes die een halfjaar geleden zijn uitgezet? Om dit te onderzoeken gaan we elektrovissen. Bij deze manier van monitoren gebruiken we stroom waardoor de vis makkelijk kan worden opgeschept. Marcus de Boer, bioloog en projectmedewerker bij Sportvisserij Nederland: ‘ De vis raakt bij elektrovissen even verdoofd, maar komt snel weer bij. Nadat we het net controleren op zeeforel, worden de alle gevangen vissen levend in het Groote Diep terug gezet.’

Weinig vis

De inspanning van 31 oktober leverde geen forel en weinig vis op, een teleurstellend resultaat. Jan Kamman: ‘We zagen weinig grindbedden en waterplanten meer in het Groote Diep. Hierdoor is er weinig stroming in de beek en zijn er minder schuilplaatsen voor de jonge vis. Dit zou deels de slechte vangst kunnen verklaren.’

Maar ook de hoge temperaturen deze zomer moeten we niet vergeten. Wanneer water opwarmt, bevat het steeds minder zuurstof. Deze zomer was het water in Lieveren enkele dagen warmer dan 25 graden en lag andere dagen het zuurstof gehalte onder de 2.0 mg/liter. Zeeforel is zeer gevoelig voor hoge temperatuur en weinig zuurstof. De kans op sterfte neemt sterk toe bij temperaturen boven de 25 graden. Temperatuur stijging en zuurstof afname, zorgen ervoor dat de beek geen fijne plek meer is voor de forellen.

Wat kan beter?

Helaas kunnen we de hoge zomertemperaturen niet direct beïnvloeden. Wel kunnen we bomen langs de beek aanplanten die voor meer schaduw zorgen. Daarnaast kan ook vooruitgang worden geboekt door het aanpassen van het beekbeheer. Elk najaar wordt langs beken riet en gras weg geschept. Bij de huidige manier van beekonderhoud wordt vooral aandacht besteed aan het goed afvoeren van water. Met dit ‘schonen’ wordt nu niet alleen riet weggehaald, maar ook regelmatig de grindbedden. Daarnaast wordt de bodem van de beek rigoureus omgeschept waardoor veel zand en modder gaat rondwarrelen. Dit zorgt voor een dramatische daling van het zuurstofgehalte in de beek.

Schonen, maar natuurlijk!

Een cursus ‘Natuurlijk Schonen’ moet hier verandering in brengen. Met de cursus wordt beheerders geleerd om de beek op een nieuwe manier te onderhouden. Bij de nieuwe manier van schonen wordt niet alleen aan de waterhuishoudkundige functie gedacht maar ook aan de onderwaternatuur. Zo behouden we de opgroei gebieden van zeeforel, de schuilplekken voor vis en de ecologische kwaliteit.

De cursus ‘Natuurlijk Schonen’ wordt in maart van 2020 aangeboden door Sportvisserij Nederland.  

Meer lezen?

>> 10.000 jonge zeeforellen uitgezet

>> welke maatregelen we treffen om de visstand te herstellen

>> wat hebben zeeforellen nodig om op te groeien?

Leave a Reply