Skip to main content

Zeef0rel

De zeeforel (Salmo trutta trutta) is een iconische soort, waarvan we bijna vergeten zijn dat hij in Nederland thuishoort.  De zeeforel is een echte trekker. Hij groeit op in het zoete water en trekt vervolgens naar zee. In Nederland gebeurt dat van nature onder andere tussen de Waddenzee en de beken in Noord-Nederland.

Lauwersmeer

De reis van de zeef0rel

Van juli tot november trekt de zeeforel naar zijn geboorterivier om zich voort te planten. Tijdens de paaitrek en in de paaitijd krijgt de zeeforel een iets donkerdere kleur. De voortplanting vindt plaats op grind- of kiezelbedden in rivieren of beken.

Na zijn geboorte blijft de jonge zeeforel een tot soms wel vijf jaar in het zoete water van zijn geboorterivier. Tegen de tijd dat hij het zoete water voor het zoute gaat verwisselen, krijgt de jonge zeeforel zijn kenmerkende zilveren basiskleur. Deze zeeforelletjes zijn dan zo’n 15 tot 20 cm en worden smolts genoemd. Om te wennen aan het zoute water, blijft hij lange tijd in brak water. De zeeforel blijft, ook als hij eindelijk in zee is aangekomen, meestal in de buurt van de kust.

Cleveringsluizen

0bstakels

Helaas is de zeeforel in de meeste Europese rivieren tussen de 18e en 20e eeuw ernstig achteruitgegaan. De belangrijkste oorzaken zijn: de vernietiging van paai- en opgroeigebieden, watervervuiling, overbevissing en het toenemende aantal barrières op de trekroute. Zo ook in Nederland. In Noord-Nederland verdween de soort door aanleg van sluizen en gemalen en de afsluiting van het Lauwersmeer in 1969.

Intrekpunten

Belangrijkste intrekpunten voor de zeeforel in Nederland zijn: momenteel De Nieuwe Waterweg, het Haringvliet en ook de Afsluitdijk, waar hij soms tegen de stroom in de sluizen kan trotseren. Met de komst van de Vismigratierivier zal het voor de zeeforel een stuk makkelijker worden om de Afsluitdijk te passeren. Met de maatregelen aan de sluizen van het Lauwersmeer, komt er nog een intrekpunt bij.

Uitzetten

In de eerste jaren zullen kleine forellen (eieren, broed en smolts) worden uitgezet in de bovenlopen van de beken. Deze zullen na enkele jaren via het Lauwersmeer naar zee trekken. Bijzonder aan deze vissoort is ook dat hij terugkeert naar de beek waarin hij is geboren. Van dit ‘homing-gedrag’ wordt binnen het project dankbaar gebruikt gemaakt. Bij een succesvol herstel van de zeeforelpopulatie kan het uitzetten van jonge zeeforellen na 5-10 jaar worden beëindigd.

V0lksnaam:

Schotje, schotzalm

V0edsel:

Op het menu van de forel staan vooral kreeft-achtigen en vis.

Zeef0rel en Beekf0rel:

De Atlantische forel kent twee vormen: de beekforel zwemt zijn gehele levenscyclus rond in beken

Uiterlijk:

De zeeforel en de zalm worden regelmatig met  elkaar verward. Ze zijn onderling moeilijk te onderscheiden. Toch zijn er een aantal verschillen te vinden. De zeeforel heeft aan de bovenzijde een bruinige kleur, hij is zwaarder gebouwd en heeft een grotere kop dan een zalm van dezelfde lengte.
Daarnaast heeft de zeeforel zwarte plekjes in de vorm van stippen en vlekken, geen kruisjes zoals
de zalm. De zeeforel kan tot 1 meter lang worden en zo’n 10 kilo zwaar. De in Nederland gevangen zeeforellen zijn meestal wat kleiner. Een zeeforel van 40 cm weegt ruim 0,5 kilogram.